
Bert en Ernie bestaan 50 jaar.
Maar wat niemand natuurlijk meer weet was dat er ooit nog een derde muppet meespeelde: Ossie.
Die werd uiteindelijk uit de show gehaald omdat kinderen er bang van werden.
Bert en Ernie bestaan 50 jaar.
Maar wat niemand natuurlijk meer weet was dat er ooit nog een derde muppet meespeelde: Ossie.
Die werd uiteindelijk uit de show gehaald omdat kinderen er bang van werden.
Toen ik nog voor de pakketdienst reed hadden we ook een noodknop in de bestelwagen. Die wagens werden namelijk om de haverklap beroofd. Door boeven.
Het protocol schreef voor dat, wanneer je een boef zag aankomen, je je eigen opsloot in de wagen en dan de noodknop indrukte, waarna het hoofdkantoor werd ingeseind.
Helaas zat de noodknop vlak naast de knop waarmee je de deur opendeed. Hij zag er trouwens ook hetzelfde uit.
Het gevolg laat zich raden:
‘Hou vol! Hou vol! Het SWAT-team is onderweg!’
‘Huh?’
‘De straat wordt afgezet. BRAVO OSCAR TANGO TANGO. De helikopters zijn airborn.’
‘Wut?’
‘Met hoeveel zijn ze?’
‘Wie?’
‘De overvallers.’
‘Welk?’
‘Pfff. Oké. Roep iedereen maar terug. Van Os heeft weer met zijn tengels aan de verkeerde knop gezeten.’
Stella’s standpunten voor stijlvolle stijfkoppigheid
Goedenavond, luisteraars.
In deze aflevering van Joortje’s Boekenhoek leg ik, wijsgeer Joris van Os, uit waarom het spraakmakende manifest van Stella Bergsma nog niet genóeg spraakmaakt.
Ongeveer een jaar geleden, net voordat we collectief huisarrest kregen, beloofde ik mijn geliefde Slaatje dat ik haar manifest, Nouveau Fuck, van een temperamentvolle recensie zou voorzien. Dat deze nu pas het licht ziet komt omdat ik te writersblockerig ben om een fatsoenlijke zin uit mijn keyboard te hameren. Wees ervan verzekerd dat ieder woord in dit katern kokhalzerig en met de grootst denkbare wilsinspanning tot stand is gekomen, aan mijn dorre brein ontwrongen als druppels uit een kurkdroge spons.
Om het maar meteen op te biechten, ik stond destijds niet te trappelen van geestdrift. Zelf boeken schrijven lukte al niet, laat staan dat ik een reet zin had in een Bergsma-recensie. Gutte gut, dacht ik, daar hebben we weer zo’n bühnebehagend gelegenheidspamflet waarin ik mag lezen dat ik, verfoeid exponent van het patriarchaat, de suffragettegedachte nog steeds niet genoeg omarmd heb. En dat terwijl ik vroeger bij de Rooie Vrouwen zat.
‘De gevaarlijkste schrijfster van Nederland laat je kennismaken met de onverschrokken vrouw’, brult de achterflap. Ja, brul ik terug, maar niemand kleurt zo braaf binnen de lijntjes van het toelaatbare als iemand die vijftig jaar na Pijkel Schröder nog loopt te toeteren dat vrouwen hun mond moeten opentrekken.
Eerlijk is eerlijk, er valt nog heel wat te bereiken op het front van gendergelijkheid. Maar je mening verkondigen in het volmaakt veilige Holland anno 2021 is niet bepaald onverschrokken. Of gevaarlijk. Iedereen doet het. Het is alsof je een stal vol loeiend vee binnenloopt en tegen een willekeurige koe zegt: Wat dapper dat je je stem laat horen.
Het feminisme van Bergsma is niet nieuw.
Niks nouveau fuck. Vieux fuck dans de nouveaux sacs!
Afijn, niets bereidde mij erop voor dat het boek, waarvan ik de eerste pagina zuchtend en oogrollend opensloeg, zo’n plezierige verrassing zou worden.
‘Intimiderend’, noemen journalisten haar, ‘De grootste mond van Nederland’. Maar lezen die journalisten Stella’s werk eigenlijk wel? Want er is weinig gevaarlijk of schofferend aan haar boek, tenzij u de uitspraak dat vrouwen gelijkwaardig zijn aan mannen in de 21e eeuw nog steeds als bedreigend ervaart.
Het manifest is helemaal niet gevaarlijk. Of kwetsend. Integendeel, ik ken weinig recente manifesten die zo oprecht aardig, zo oprecht liéfdevol zijn als Nouveau Fuck.
Dit klinkt misschien alsof ik het boek onschadelijk wil maken. Alsof ik Bergsma sussend in een doosje wil stoppen. Dat is niet zo, mijn lof is oprecht. Ik vind het een ontzettend LIEF boek. Ik vind het een GEWELDIG boek.
Natuurlijk, het staat vol met KLINKKLARE BULLSHIT. Bergsma wil dat vrouwen ‘dringend gevaarlijk worden’. Vrouwen pamperen te veel. Ze maken zich te ondergeschikt. Bergsma roept vrouwen op om net zulke klootzakken te worden als mannen. Een vrouw die klootzakt wordt minder geaccepteerd dan een klootzakkende man, beweert ze, dus voor de draad ermee.
O ja? Nou, FUCK OFF!
Vrouwen zijn ALLANG klootzakken. Ik heb de nodige klootzakkinnen gekend. Én verzorgd. Het eindeloos begrijpende vriendje was ik. De gratis psychiater. De perfecte luisteraar, ja-schattend van ‘s ochtends vroeg tot ‘s avonds laat. Om vervolgens die fuckers doodleuk te horen zeggen dat ik zo’n slappe vaatdoek ben. “Een échte vent had me allang een klap verkocht,” riepen ze dan, en de volgende dag waren ze terug bij de dominante ex die al het leed had veroorzaakt.
Ik klaag niet, ik constateer.
Ach mensen, wat zijn vrouwen enorme klootzakken. Opgelapt heb ik ze, mezelf wegcijferend, om vervolgens gedumpt te worden als ze weer blakend van zelfvertrouwen de straat opgingen. Pas toen ik rond mijn dertigste zélf meedogenloos ging klootzakken werd ik als bonafide boyfriend material beschouwd.
FUCK klootzakken! Mannen én vrouwen.
Vrouwen zijn onzekerder, generaliseert Stella. Mannen zijn van nature haantjes. KLETSKOEK.
Bergsma verwart ‘mannen’ hier met ‘reaguurders’. Ze verklaart de miezerige reactiemannetjes die haar op internet beledigen, het oliedomme crapuul dat altijd en overal opduikt om de neanderthaler uit te hangen, tot representatief voor ‘de man’. Maar zo is het niet. Er is een bovenlaag van haantjes. Er is een onderlaag van geteisem. Maar het overgrote middenveldrestant bestaat uit fatsoenlijke, doodnormale mensen.
Mannen zijn evengoed onzeker. Als ik ‘s ochtends in de spiegel kijk denk ik: ‘Joortje, jouw meest bewonderenswaardige eigenschap is dat je met die muizige kop de straat nog op durft.’ En laat ik over mijn schrijverschap überhaupt niet beginnen. Ik ben een waardeloze schrijver, denk ik vaak: mijn manifest zou Niveau Ruk heten.
Vrouwen worden niet serieus genomen, zegt Bergsma. Maar ook bij mij is het nooit goed: Niet links genoeg. Niet rechts genoeg. Niet cisgender genoeg. Niet transgender genoeg. En ook ik mag mijn boosheid niet uiten. Want dan ben ik een boze witte man. Een ab irato.
Ik klaag niet, ik constateer.
Eigenlijk zijn mannen en vrouwen gewoon allebei klootzakken. Allebei dom. Allebei lief. Allebei mansplainers. Allebei kutwijven. Allebei haantjes. Allebei roddeltantes. Allebei slechte schrijvers.
FUCK vrouwen. FUCK mannen. En FUCK NOUVEAU FUCK!
Waarom vind ik Nouveau Fuck dan toch zo’n GEWELDIG boek?
Omdat Stella (als ze de belegen provocaties even vergeet, als ze uit haar hart zingt in plaats van uit haar mond) het meest prachtige en invoelbare proza oplepelt dat ik in lange tijd gelezen heb:
“Ik ben lui. Ik kan niet plannen. Ben altijd alles kwijt. Soms vind ik dat zo erg dat ik er dood om wil. Ik kan zo’n hekel hebben aan mezelf, zo’n diepe agressie voelen als ik weer eens alles verkeerd heb aangepakt of loop te zoeken. Als ik me verward probeer vast te grijpen aan de rafelranden van mijn losgetrokken leven.”
Hier gebeurt iets vreemds. Wanneer ze haar onzekerheden opsomt zonder ermee te koketteren, overstijgt haar poëzie opeens de progressieve politieke agenda waarmee je in dit land zo’n goede sier maakt. Op zulke ogenblikken wordt Bergsma tijdloos.
En weet u wat er dan gebeurt? Ik, een man, herken me in die woorden. Ik, een cisgender, een whatever, herken me in wat ze schrijft. Een oproep die specifiek wil zijn, die vrouwen op het oog heeft, die misschien onbedoeld universeel is, spreekt tot MIJ. Raakt MIJ. En haar tekst resoneert opeens als een motherfucker.
Mag dat? Mag ik, een man, mij aangesproken voelen? Of eigen ik me dan weer iets toe? FUCK YOU! Ik doe het gewoon.
Onzekerheid is een universeel ervaren ervaring. Net als Sartriaanse Walging. Zelfhaat grijpt sneller om zich heen dan corona, is verwoestender voor geest en lichaam dan heroïne. De met zelfoverschatting omwikkelde zelfhaat die Bergsma beschrijft is diep menselijk. En in die diepste menselijkheid versmelten alle genderverschillen. Wat lijk ik op Bergsma, denk ik dan. Wat lijkt zij op mij.
Ik heb het uiterst langzaam geleerd, de kunst van het niet-woedend worden, en ik leer het nog steeds. Om mezelf recht aan te kijken, al mijn fouten te zien, en daar toch toegeeflijk om te glimlachen.
Wat een wilskracht is ervoor nodig om in deze tijd van wild zich heen slaande woede níet woedend te worden. Er niet in te stikken. Om in een kolkende rivier van razernij liefdevol, humorvol en vooral stijlvol te blijven. En Bergsma doet dat in haar boek. Dit maakt haar manifest, haar oproep, van onverwoestbare waarde.
Nouveau Fuck is, en ik meen het, vol liefde. Vol wijsheid. Het doet wat niemand anders doet in deze verontwaardigingspsychose. Razen en tieren, maar tóch lachen en zingen. Schelden en vloeken, maar tóch op de woordjes letten. Niet omdat je geen schuttingtaal mag gebruiken, maar omdat de wereld zoveel mooier wordt als je mooie woorden gebruikt.
Nouveau Fuck is een love letter aan de taal. Aan de humor. Aan de stijlvolle razernij. Aan het vermogen tot zelfspot.
Wie Bergsma met een sloophamer afbeeldt heeft haar niet gelezen, óf het gelezene niet begrepen. Want het is Stella die, in het tijdperk van oorlogszuchtig particularisme, adembenemend overstijgende poëzie verkondigt.
En in stijl. Altijd in stijl.
WTF! Ik krijg net een brief van de Rijksoverheid waarin staat dat er speciaal voor mij een ochtendklok wordt ingesteld.
Tussen 4.00 en 20.00 mag ik mijn ‘ongewassen konterfeitsel’ niet op straat vertonen. Uitsluitend in diepste duisternis mag ik ‘in de open lucht vertoeven’.
Ik bel op en zeg: HOEZO mag ik overdag niet naar buiten? Wat heeft mijn hoofd met corona te maken?
‘Niks,’ zegt die ambtenaar. ‘Het is louter ter bevordering van de goede smaak. We noemen het een esthetische lockdown.’
De laatste tijd word ik bijna dagelijks benaderd om de een of andere beroepsgroep door de lockdown te slepen. Alsof ik als zzp’er niet al genoeg moeite heb om naar het einde van de coronale nacht te reizen.
Afijn, nu moet de broekwinkel weer gered worden. ‘De mensen drágen al bijna geen broeken meer,’ is de redenering, ‘en nu gaan ze vanwege het collectieve huisarrest ook nog online bestellen in plaats van in de buurtshop. Dus steunt uw lokale broekhandel.’
O ja? Nou mooi niet. Ik ga de broekwinkel pas weer steunen als:
Verleden jaar, toen het nog kon, liep ik aan bij het buurtkroegje aan de Kloosterdreef. Ome Karel, de uitbater, was juist bezig een lastige klant naar buiten te werken.
‘Ik word zó moe van die ruziezoekers,’ zei hij.
Ik merkte op dat Karel, kroegbaas zijnd, toch onderhand gewend moest wezen aan alcoholische afnemers met een kwade dronk.
‘Dat was geen alcoholist,’ zei Ome Karel, ‘dat was een gálcoholist.’
‘Wat is dat, een galcoholist?’ vroeg ik verbaasd.
‘Dat is iemand die verslaafd is aan zijn eigen gal,’ legde Ome Karel uit. ‘Iemand die van boos zijn een levensdoel heeft gemaakt.’
‘Een galcoholist,’ vervolgde hij, ‘wil twee dingen: erkenning, en een uitlaatklep. Daarom is hij er altijd als de kippen bij als er ergens geprotesteerd wordt. Hij overgiet zijn boosheid met een sausje van maatschappelijke verontwaardiging en hop! hij kan herrie trappen.’
‘Maar Ome Karel,’ zei ik. ‘Activisten zijn toch niet altijd slecht?’
‘Er is een verschil tussen activisten en háktivisten,’ zei hij. ‘Die laatsten komen alleen om te hakken.’
‘Maar het gaat ze toch ook om mensenrechten?’ wierp ik tegen.
‘Nee,’ zei Karel, ‘ze verwarren het met wénsenrechten. Ze denken dat hun wensen rechten zijn.’
‘Ja maar Ome Karel,’ zei ik. ‘Zachte heelmeesters maken stinkende wonden. Soms moét je ook boos zijn, anders bereik je niks.’
‘Galcoholisten willen helemaal niks bereiken,’ zei Karel. ‘Daar kun je ze aan herkennen: dat ze alleen maar gefrustreerder worden als ze gelijk krijgen. Een activist is blij als hij zijn doel bereikt. Een galcoholist wordt alleen maar bozer, omdat hij beroofd is van zijn galcohol.’
NU VERKRIJGBAAR
De unieke VAN OS®️ uitknipbare
AVONDKLOKHOND
U wilt tijdens de avondklok de straat op maar u heeft geen geldige reden? Bestel NU de gepatenteerde Van Os®️ Avondklokhond!
Leid elke BOA om de tuin met deze levensechte, door Van Os zelf getekende hond. Knip hem uit, knoop hem aan een riem en geen Ruttige lockdown houdt u nog tegen.
Profiteer nu van deze eenmalige aanbieding.
SLECHTS 149 EURO!!!
VAN OS WORDT WEER EENS GEBELD
Mijn oude vriend Nelis Braadvet is aan de lijn. Hij klinkt geagiteerd.
‘Joortje, jij hebt vroeger toch bij de tv gezeten nietwaar?’
‘Ja,’ zeg ik.
‘Joortje luister,’ zegt Nelis. ‘Ik ben ook blij dat die Grump weg is. Mensen zonder zelfspot vertrouw ik niet. Maar weet je: bij de Nederlandse staatsomroep delen ze Nederland op in Amsterdamse GroenLinks-stemmers en regressieve provincialen met nazi-sympathieën. Dus nu maak ik me eigen bezorgd.’
Nelis aarzelt. Hij slikt moeizaam.
‘Kijk, mijn zus woont in Amerika. Een paar jaar terug werd er borstkanker bij haar vastgesteld. Ze stelde haar werkgever op de hoogte en BLAM! Ze werd op staande voet ontslagen. Zo werkt Amerika. Dat kan daar gewoon. Onder Grump. Onder Obama. Onder Clinton. Denk je …’
Hij is even stil.
‘ … denk je dat de NPO eerst even afwacht hoe Biden en Harris het gaan doen voordat ze heilig worden verklaard? Of gaan we vier jaar van teugelloze lofzangen tegemoet? Gaan de vaderlandse media Biden ophemelen omdat hij geen Grump is? Gaat Jinek kromtenend zitten soppen bij Harris omdat ze geen witte man is? Worden ze schaamteloos toegezongen bij Margriet van der Linden? En gaan de rechtse websites dan van de weeromstuit weer roepen dat Grump beter was?’
Nelis begint te snikken.
‘Ach Joortje. Ik zou zoooo graag in een wereld leven waarin mensen worden afgerekend op hun verdiensten. En niet op kleur of gender.’
En dan komt de aap uit de mouw.
‘Want dan,’ jammert Nelis, ‘had IK de Zwijndrechtse Frietkotter van het Jaar-trofee gekregen, en niet die Vietnamese mohammedaanse lesbische transgender van op de hoek!’
Ik zie hier een speen op straat liggen maar ik ga hem dus NIET in mijn mond stoppen. Alleen samen krijgen we corona onder controle, mensen!
Diëtist. Kent u die uitdrukking?
Alleen al het woord doet, om met Carmiggelt te spreken, de lachgrage mond ineenschrompelen tot een zuinig streepje met twee smarthoeken. Diëtisten zijn de broccolistronken onder de mensen: humorloos, seksloos en smaakloos.
Afijn, de mijne belde net om naar de stand van zaken te informeren. Had ik de nachtelijke kokosmakroon die ik beloofd had af te zweren inmiddels vervangen door een stalinistische volkorencracker met komkommersnippers?
Nou mensen, ik begon mij daar toch een partij te liegen! ‘Ja, het gaat fantastisch. Ik beweeg meer en snaai minder. Ik voel me stukken beter. Ik kruip niet meer als een suïcidale foxterriër mijn mand uit, nee ik heb écht zin in de dag.’
Zoiets zet mij aan het denken. Waarom betaal ik dat mens een klein fortuin om mij tegen verzadigde vetzuren te beschermen als ik vervolgens toch maar ga lopen veinzen? Uit schuldgevoel? Vanwege een ingebakken neiging om autoriteitsfiguren te behagen? Of om zo snel mogelijk van een onwelgevallig telefoongesprek verlost te zijn?
Ik zie uw reactie met belangstelling tegemoet.