Diëtist. Kent u die uitdrukking?
Alleen al het woord doet, om met Carmiggelt te spreken, de lachgrage mond ineenschrompelen tot een zuinig streepje met twee smarthoeken. Diëtisten zijn de broccolistronken onder de mensen: humorloos, seksloos en smaakloos.
Afijn, de mijne belde net om naar de stand van zaken te informeren. Had ik de nachtelijke kokosmakroon die ik beloofd had af te zweren inmiddels vervangen door een stalinistische volkorencracker met komkommersnippers?
Nou mensen, ik begon mij daar toch een partij te liegen! ‘Ja, het gaat fantastisch. Ik beweeg meer en snaai minder. Ik voel me stukken beter. Ik kruip niet meer als een suïcidale foxterriër mijn mand uit, nee ik heb écht zin in de dag.’
Zoiets zet mij aan het denken. Waarom betaal ik dat mens een klein fortuin om mij tegen verzadigde vetzuren te beschermen als ik vervolgens toch maar ga lopen veinzen? Uit schuldgevoel? Vanwege een ingebakken neiging om autoriteitsfiguren te behagen? Of om zo snel mogelijk van een onwelgevallig telefoongesprek verlost te zijn?
Ik zie uw reactie met belangstelling tegemoet.